De overige leden van de verzetsgroep Oranje Vrijbuiters
Jan van Elk
Jan van Elk werd op 26 november 1906 in Woerden geboren uit het huwelijk van Jan van Elk geboren 6 december 1881, overleden 2 maart 1931 en Neeltje Lokhorst, geboren 28 oktober 1883 in Maarn, overleden 23 mei 1956 in ‘s Gravensloot, Gemeente Woerden.
Behalve Jan kreeg het echtpaar nog 6 dochters en 2 zonen van wie zoon Faas als dienstplichtige 11 mei 1940 gesneuveld is bij Valkenburg. Hij en zijn broer Jan als verzetsman, worden genoemd op de Erelijst van Gevallenen.
Behalve Jan kreeg het echtpaar nog 6 dochters en 2 zonen van wie zoon Faas als dienstplichtige 11 mei 1940 gesneuveld is bij Valkenburg. Hij en zijn broer Jan als verzetsman, worden genoemd op de Erelijst van Gevallenen.
Concessie
Op 22 september 1932 trouwde Jan met Marie Spruit. Ze kregen een dochter en een zoon, Wil en Jan. Als “buiten tegenwoordigheid” in 1926 als gewoon dienstplichtige ingelijfd, kreeg Jan op 1926 uitstel van de eerste oefening. Met als reden dat hij in 1926 onmisbaar, en in 1928 kostwinnaar was geworden, werd hij in mei 1930 definitief vrijgesteld. Inmiddels had hij wat jaren bij een drogist gewerkt en begon hij in zijn jeugdige overmoed voor zichzelf. Echter, hiervoor niet geschikt, werd dit een flop. Toen zijn vader Jan, die een concessie als melkman had van de melkfabriek “Excelsior”, in 1931 overleed aan, waarschijnlijk, leverkanker, mocht zoon Jan deze concessie overnemen.
Woerden
In de beschrijving van de Oranje Vrijbuiter Niek van Donkelaar is aangegeven, dat de behoefte aan onderduikadressen steeds groter werd en dat Niek met Jan, eigenaar van een pand aan de Rijn 88 (de huidige Rijnstraat) in Woerden, een overeenkomst sloot om dit pand als schuilplaats voor joden en verzetsmensen te gebruiken. Ook herbergde het woonhuis aan de Kruittorenweg 24 in Woerden onderduikers. Zoals elders te lezen, worden in augustus 1943 een aantal leden van de verzetsgroep de Oranje Vrijbuiters door verraad van Joop de Heus in Utrecht opgepakt. Onder hen Jan van Elk. Maar niet alleen in Utrecht, op 26 augustus 1943 vindt ook een overval plaats in Woerden, waar bijna alle onderduikers, voornamelijk joden, gearresteerd worden. Het is het grootst menselijk drama dat zich tijdens de bezetting in Woerden heeft afgespeeld.
Arrestatie
Na zijn arrestatie wordt Jan van Elk gevangengezet in het Oranjehotel in Scheveningen, om daarna via Kamp Vught met andere gevangenen in veewagens op transport gesteld te worden naar concentratiekamp Dachau. Tijdens zijn internering aldaar, wordt hij tewerkgesteld in Dachau-Allach, waar in een BMW-fabriek vliegtuigmotoren werden gemaakt. Verblijvend in een “onderkamp” van Dachau, werd Jan op 28 juli 1944 overgeplaatst naar Markich (het huidige Saint-Marie-aux- Mines) in de Elzas om te werken in een zeven meter lange tunnel, waar een toeleveringsbedrijf van BMW was ondergebracht. Omdat Jan een politieke gevangene was en dus spoorloos moest verdwijnen, is hij in het Nacht und Nebelkamp Natzweiler-Struthof geweest. Door de komst van de geallieerden werd dit kamp in september 1944 door de SS ontruimd en is Jan op 10 oktober 1944 teruggegaan naar Dachau. Het transport naar Dachau was een dodentocht. Veel gevangenen overleefden deze uitputtende tocht niet.
Dachau
De ontberingen die Jan van Elk moest doorstaan werden hem teveel en hij is op 25 februari 1945 in Dachau aan de gevolgen van dysenterie en vlektyfus overleden. Hij stuurde vanuit de concentratiekampen diverse brieven naar zijn gezin. Fragmenten van deze brieven zijn in het bezit van de familie Van Elk. Ook heeft de familie een brief van een medegevangene (J.L. Groenemans) waarin beschreven is wat Jan tijdens zijn gevangenschap heeft meegemaakt.
Met dank aan oomzegger Bert van Elk voor zijn bijdrage.